Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Maar [42]gij, wat [43]oordeelt gij [44]uw broeder? Of ook [45]gij, wat [46]veracht gij [47]uw broeder? Want wij zullen allen [48]voor den rechterstoel van Christus gesteld worden. 42. Namelijk zwakke. 43. Dat is, veroordeelt, vs.3. 44. Dat is, de gelovige Christenen, die de Christelijke vrijheid verstaan en gebruiken. 45. Namelijk sterke in het geloof. 46. Zie vs.3. 47. Namelijk die de Christelijke vrijheid nog niet verstaat, noch durft gebruiken, om dezer zwakheid wil. 48. Dat is, voor het oordeel Gods, hetwelk Christus als Rechter houden zal, 2 Kor.5:10, wien het alleen ook toekomt over de conscientien te oordelen; en dien wij rekenschap moeten geven van al ons doen en laten, vs.12.